Tesla FSD Richt Zich op Europa: Goedkeuring in Nederland 2026

Tesla heeft eindelijk een datum geprikt voor zijn Europese ambities met Full Self-Driving (Supervised), met als doel een nationale goedkeuring in Nederland in februari 2026. [6, 19] De aankondiging markeert een potentieel einde aan een lange regelgevingsstrijd voor het bedrijf, dat al meer dan een jaar bezig is de technologie over het continent te demonstreren. De sleutel tot het ontsluiten van de EU-markt ligt bij de Nederlandse goedkeuringsinstantie, de RDW, die klaarstaat om de eerste cruciale vrijstelling te verlenen, waardoor het systeem op openbare wegen mag. [5, 7, 14]

Het kernconflict? Europa’s bestaande regels, met name VN-Regulering 171 voor Level 2 Driver Control Assistance Systems (DCAS), zijn fundamenteel onverenigbaar met de manier waarop FSD werkt. [2, 4] Deze regels verbieden kernfuncties van FSD, zoals door het systeem geïnitieerde rijstrookwissels zonder de handen van de bestuurder aan het stuur. [11] Tesla noemt deze regels ronduit “verouderd”, en stelt dat het dwingen van FSD om hieraan te voldoen het systeem paradoxaal genoeg minder veilig en bruikbaar zou maken – een claim die het ondersteunt met gegevens van meer dan 1 miljoen kilometer aan interne tests op EU-wegen.

Waarom is dit belangrijk?

Deze Nederlandse ’twee-stap’ gaat niet alleen over Tesla’s die zelf van rijstrook wisselen; het is een cruciale testcase voor het vermogen van de Europese Unie om moderne, AI-gestuurde systemen te reguleren. Tesla bewandelt een specifiek juridisch pad, een “Artikel 39-vrijstelling”, ontworpen voor nieuwe technologieën die niet in de oude regelgevende hokjes passen. [8, 20] Als de nationale goedkeuring van Nederland een succesvol sjabloon wordt voor andere EU-lidstaten, zou het een precedent kunnen scheppen voor hoe het blok omgaat met andere snel evoluerende technologieën, wat een verschuiving zou afdwingen van rigide, voorschrijvende regels naar een flexibelere, evidence-based benadering van veiligheid. Dit is de onweerstaanbare kracht van data-gedreven autonomie die het zeer beweeglijke object van de Brusselse bureaucratie ontmoet.